Doorgaan naar hoofdcontent

Feminisme en het moederschap



In de inleiding van De Tweede Sekse stelt Simone de Beauvoir de vraag 'Wat is een vrouw?', om tamelijk fatalistisch te antwoorden 'Tota mulier in utero'. Vrouwen zijn een en al baarmoeder. De Beauvoir choqueert met haar beschrijving van de bloedige lijdensweg van menstruatie en ontmaagding, naar zwangerschap en bevalling ... stuk voor stuk martelingen, om van het moederschap nog maar te zwijgen. Voor de Beauvoir, zoals voor vele andere feministen in haar kielzog, staat het feminisme op gespannen voet met het moederschap. Een zichzelf respecterende vrouw kiest niet voor vrijwillige gevangenschap en opoffering van lichaam en geest.

En ik begrijp wat ze bedoelt. Maar een recente gebeurtenis in mijn eigen leven (u raadt vast welke) dwingt me om er dieper over na te denken. Is het moederschap een gevangenis? Moet een moeder haar autonomie, haar eigen dromen en ambities in de ijskast stoppen? Zijn zwangerschap en bevalling martelingen die de vrouw ontmenselijken en tot ding (of dier) maken? Ooit dacht ik dat. Ik vond het vreselijk dat vrouwen bij zwangerschap, bevalling, borstvoedingstijd tot instrument gemaakt werden. Hun pijn deed er niet toe, zolang het kind maar gezond was. Zo scheen het me toe. Zo schijnt het de Beauvoir toe. Maar het hoeft niet zo te zijn. En het is ook niet altijd zo. In mijn ervaring werd steeds nadrukkelijk gevraagd naar hoe het met mij ging, en werd ik gecorrigeerd wanneer ik, zonder ik er erg in had, het onderwerp veranderde en over het kind begon te praten. Ja, de vrouw en niet de man baart en zoogt het kind. En ja, er gaat pijn en ongemak mee gepaard. Maar nee, dat hoeft niet ontmenselijkend en autonomie-ondermijnend te zijn. Alles hangt af van hoe de omgeving het gebeuren bekijkt. (Daarmee zou de Beauvoir het trouwens niet per se oneens zijn.) 

Stel dat men zwanger zijn als een privilege zou beschouwen. Het is waarschijnlijk niet eens zo denkbeeldig dat sommige mannen jaloers zijn op dat voorrecht van vrouwen om leven te dragen en te schenken. Uiteraard is er van een privilege geen sprake zolang 293 000 vrouwen per jaar sterven aan de gevolgen van zwangerschaps- of bevallingscomplicaties. Daar is volgens Marleen Temmerman op relatief eenvoudige en goedkope wijze iets aan te veranderen (zie
Maar het was niet het risico op kraamdood waar de Beauvoir voor terugdeinsde. Zij waarschuwde voor het verlies van autonomie, voor de reductie van een intelligent individu tot haar baarmoeder. Maar dat verlies, die reductie lijkt mij volledig af te hangen van perceptie. Zowel mannen als vrouwen zijn biologische wezens, maar zijn ook meer dan dat. Mannen kunnen net zo goed gereduceerd worden tot hun testosteron, en hun autonomie wordt hen dan evengoed afgenomen. Maar wanneer een man niet als slechts een dier beschouwd wordt, is hij het ook niet. Hetzelfde geldt voor vrouwen. Ik hoorde ooit een vader in alle ernst beweren dat zijn vrouw na de geboorte van hun eerste kind net een kattin werd. Hij bedoelde er geen kwaad mee. Maar het kwaad is wel geschied. Dergelijke uitspraken presenteren het moederschap als inderdaad onverzoenbaar met intelligentie en autonomie.


Een materiëler probleem, waarvoor niet enkel een perceptiewijziging nodig is maar ook overheidsingrijpen of een andere actie, is de financiële en professionele achterstand van vrouwen met kinderen ten opzichte van mannen (met én zonder kinderen). Naar aanleiding van internationale vrouwendag op 8 maart kwam het weer overal in de media ter sprake: vrouwen verdienen nog steeds minder, vrouwen gaan nog steeds vaker deeltijds werken, vrouwen trekken bij een echtscheiding nog steeds aan het kortste eind (financieel gezien). Dat mannen en vrouwen biologisch verschillend zijn, dat vrouwen een baarmoeder hebben en mannen niet, is geen probleem. Dat daar een machtsverschil aan gekoppeld blijkt, is het wel. En daarom is het feminisme nog steeds een noodzakelijke stem in de samenleving. Een feministe kan zonder gewetensbezwaar kiezen voor kinderen. Er is geen inherente onverzoenbaarheid tussen autonoom leven en voor kinderen zorgen. Moeder zijn verhindert je niet om te blijven ijveren voor machtsgelijkheid tussen mannen en vrouwen. Integendeel, de ervaringen aan den lijve zorgen voor extra motivatie.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Incest, walging en instemming: ethiek valt (helaas) niet te herleiden tot één fundament

Wat is er mis met incest tussen twee volwassen die het allebei willen? vraagt Debra Lieberman in  een interview  over haar boek Objection (De Morgen 18 januari 2019). Ze bedoelt het als een retorische vraag.  De aanleiding is het reële geval van een Duitse geadopteerde jongen die later, zonder het te weten, met zijn zus trouwde en vier kinderen kreeg. Hij kreeg gevangenisstraf omwille van het incestverbod. Dat lijkt extreem. Vervolgens neemt Lieberman ons mee naar de suggestie dat er nooit iets mis is met incest, zolang het gaat om volwassenen die instemmen. OF er een wet moet zijn die incest verbiedt, laat ik buiten beschouwing. Maar dat sociale afkeuring van incest kortzichtig of ongegrond zou zijn, wil ik betwijfelen. En dat doe ik niet omdat ik zou walgen van het idee. Walging vormt volgens Lieberman alsmaar vaker een basis voor politieke, rechterlijke en morele beslissingen. Jonathan Haidt, een collega-psycholoog die beroemd werd met zijn studies over ...

De liefde van de utilitarist

Wanneer Peter Singers moeder zo dement werd dat ze niet meer voor zichzelf kon zorgen, stemde hij erin toe om een thuisverpleger te betalen. Als we aannemen dat zijn moeder zo weinig zelfbewustzijn bezat dat ze niet meer kwalificeerde als een persoon volgens Singers eigen criteria en als we aannemen dat met het geld besteed aan het verlengen van haar leven meerdere kinderen in Afrika zouden kunnen worden geholpen, dan gaat die beslissing van Singer in tegen zijn eigen utilitaristische (kortweg: geluksmaximaliserende) moraaltheorie. Volgens zijn utilitaristische theorie moeten we bij het zoeken naar de moreel juiste handeling aan de belangen van vriend en vreemde evenveel gewicht toekennen. Wanneer hij zijn moeder favoriseert, doet Singer niet wat hij volgens zijn eigen leer zou moeten doen. Et alors? Inderdaad, als zodanig is dit geen verrassing en evenmin een argument. Moraalfilosofen zijn geen heiligen. Zij doen niet altijd wat juist is, of, nauwkeuriger, ze doe...