Doorgaan naar hoofdcontent

Radicale hoop

Vorige week werd vliegtuig  MH 17 boven Oekraïne neergeschoten en begon Israël een grondoffensief in Gaza. Honderden onschuldige levens brutaal afgebroken, niet door natuurgeweld maar door mensengeweld.  Het was een bedroevend weekend, de journaals waren somber en ik moest geregeld de neiging onderdrukken om de radio uit te zetten. Het is niet dat het niet gebeurt als je het niet hoort. Het gebeurt toch. En het is vreselijk. Het conflict tussen Israël en de Palestijnen lijkt bodemloos, maar ook de strijd tussen Oekraïne en pro-Russische verzetsstrijders verzakt hoe langer hoe meer in dieptes waar geen licht meer schijnt. Hoe los je dit op? Voor het conflict in Oekraïne lijken regeringshoofden nog oplossingen te zien, maar de oorlog in het Midden-Oosten is ook voor hen een onontwarbaar kluwen geworden. De twee-staten-oplossing lijkt inderdaad de meest logische en wordt door velen naar voren geschoven. Maar hoe en binnen welke termijn dit ooit een haalbare realiteit wordt, blijft zo vaag dat de oplossing weinig richting en houvast biedt. Buitenstaanders worden er moedeloos van. Wat moet het niet zijn voor de betrokken partijen.

Ik las het voorbije weekend een boek van filosofie-professor Jonathan Lear. De titel is Radical Hope. Ik had het niet zo gepland, maar achteraf beschouwd was het het perfecte boek om op deze droefgeestige dagen te lezen. Lear beschrijft het leven van Plenty Coups, de charismatische leider van de Crow-Indianen die stierf in 1932. Hij leidde zijn volk doorheen een tijd die zo ontwrichtend en turbulent was dat de meesten van ons haast geen idee kunnen vormen van de diepgang van de catastrofe. Uiteraard kent iedereen donkere tijden, en lijden we allemaal onder het verlies van een geliefde of van een job of van een huwelijk. Maar het verlies waarmee de Crow-Indianen geconfronteerd werden, was van een orde die de verbeelding te boven gaat. Toch slaagt Lear erin om de lezer het oncomfortabele gevoel te geven dat het om een diepmenselijk en universeel probleem gaat, dat – als zodanig – ook ons zou kunnen overkomen, en ook voor ons even verwoestend zou zijn. De Crow-Indianen werden met uitsterven bedreigd door ziektes van de blanke bezetter en door  oorlogen met andere stammen. Tussen 1830 en 1840 daalde hun aantal van 800 naar 460 gezinnen. Complete uitroeiing door hun aartsvijand de Sioux, die omwille van groeiende schaarste aan buffalo’s hun jachtterrein wilden uitbreiden, werd een reële mogelijkheid. De Crow-Indianen besloten afscheid te nemen van hun eeuwenoude tradities en van de enige manier van leven die ze tot dan toe gekend hadden. In ruil voor bescherming door de blanken gingen ze in 1851 vrijwillig in een reservaat in de staat Montana wonen. Men zou de overgang kunnen samenvatten in één zin: de nomadische strijdersstam werd een sedentair boerenvolk. Maar Lear beschrijft in detail de desoriëntatie van ouders die niet meer wisten hoe ze hun kinderen moesten opvoeden, van vrouwen die niet meer wisten  hoe ze trots konden zijn op hun man, van mannen die niet meer wisten hoe ze tot nut konden zijn voor hun volk, van kinderen die gefrustreerd werden door het gebrek aan een duidelijk toekomstperspectief. De wanhoop resoneert in de hartverscheurende beschrijving van Plenty Coups: “When the buffalo went away the hearts of my people fell to the ground, and they could not lift them up again. After this nothing happened.” (Lear, 2006, p.2)

Maar Plenty Coups had een onverwoestbare gave om door te zetten, en om te vertrouwen. Hij wist niet hoe de toekomst er zou uitzien maar hij vertrouwde erop dat de Crow-Indianen een toekomst zouden hebben. Hij zocht naar manieren om het leven weer zinvol te maken, om verleden en heden aan elkaar te verbinden zonder vast te roesten in tradities die geen steek meer hielden. Hoe konden ze nog strijdceremonies houden wanneer ze geen strijd meer leverden? Hoe konden ze jongens en meisjes opvoeden tot moedige Crow-Indianen wanneer er geen oorlogsmethodes meer waren om die moed te oefenen of aan af te meten? Plenty Coups begreep dat moed een rekbaar begrip is, dat religie en spiritualiteit multi-realiseerbaar zijn. Samen met zijn volk vond hij nieuwe invullingen, waarbij ze van de blanke man overnamen wat hen  nuttig leek – bijvoorbeeld het schrift, waardoor de geschiedenis van de Crow kon worden doorgegeven. Hij richtte  Little Big Horn College op waar de Crow-jongeren onderwezen werden in de traditie en geschiedenis van hun volk, maar ook in wiskunde, economie, psychologie, literatuur en boekhouden. Oud-leerlingen van het college studeren bij Lear aan de universiteit van Chicago.

Sitting Bull, de leider van de Sioux-Indianen, die weigerde een verdrag te tekenen, heeft zich in sterke bewoordingen erg negatief uitgelaten over de beslissing van Plenty Coups. Voor hem was het regelrechte collaboratie met de vijand. En die interpretatie houdt steek. Maar Lear wil de beslissing van Plenty Coups anders belichten. Volgens hem was het de belichaming van een uitzonderlijke vorm van hoop, namelijk radicale hoop. Het is de hoop dat er een goed leven in het verschiet ligt waarvan men de vorm nog niet kan vermoeden. Het is de hoop dat er een nieuwe samenleving mogelijk is waarvan de criteria en de doeleinden van een totaal andere orde zullen zijn, bijvoorbeeld niet langer gedefinieerd in termen van veiligheid en bescherming tegen de vijand. Vertrouwen op een toekomst die men zich eenvoudigweg niet kan inbeelden, vraagt om een geloof in medemenselijkheid en goedheid dat als naïef kan bestempeld worden, maar dat zich tegelijk opdringt als de enige mogelijkheid.  De Crow-Indianen moesten zichzelf heruitvinden. Die noodzaak had alles te maken met groot onrecht hen aangedaan door de blanke bezetters. Hoewel ze er ook hadden voor kunnen kiezen om te strijden tot het einde (zoals de Sioux-Indianen), kan men niet anders dan blij en dankbaar zijn dat ze een andere manier hebben gevonden om de situatie te overleven. Hun wanhoop maakte plaats voor hoop. Hoop veronderstelt uiteraard altijd een vorm van onzekerheid. Als alles zeker was, was er geen hoop nodig. Maar de hoop die Plenty Coups belichaamde,  was van een uitzonderlijke soort. Het was hoop gericht op een toekomst waarvan hij wist dat hij die zich onmogelijk kon inbeelden omdat hij de concepten nog niet bezat waarmee haar te begrijpen. De Crow-Indianen moesten nieuwe waarden en nieuwe standaarden ontwikkelen die hen opnieuw zouden toelaten om een goed leven na te streven en om een onderscheid te kunnen maken tussen een goede en een slechte toekomst. Plenty Coups hoopte op een goede afloop zonder te weten wat hij daarmee bedoelde. Dat is radicale hoop. Het is de hoop die ook Israëli’s en Palestijnen nodig hebben.

Men zou Lear politieke naïviteit en morele blindheid kunnen verwijten, want nergens gaat hij uitgebreid in op de politieke en morele fouten die de blanken gemaakt hebben. Maar ik denk niet dat hij daar blind voor is. Hij neemt dit onrecht aan als een historisch feit dat al lang geen argumentatie meer behoeft. Hij wil de onrechtvaardig behandelde in een andere rol dan de slachtofferrol plaatsen. Hij laat de kracht zien van een Indianenstam die alles verloor wat ze had, maar die integer bleef en overleefde doordat ze erin slaagde om een nieuwe invulling te geven aan wat een goed leven voor een Crow-Indiaan betekent. Hoop voelt beter dan wanhoop, en daarom wordt het vaak weggezet als kinderlijk wensdenken. Maar tegelijk vraagt hoop ook om moed en verbeelding. Wanneer men er de geschiedenis op naslaat, zijn het de hoopvollen die het goede laten zegevieren (denk aan Mandela, Gandhi, maar ook Churchill). In het geval van de Crow-Indianen was de hoop die nodig was om de wanhoop te verdrijven radicaal. Want het was niet zo dat het leven van de blanke onderdrukker goed was en dat van de bedreigde Crow-Indianen slecht. Hun hoop kon echter ook niet gegrond zijn in het geloof dat zij aan de goede kant stonden. Want voor lange tijd leefden de Crow-Indianen in een overgangsfase waarin niets hen goed toescheen, waarin hun traditionele concepten van goed en slecht leeg en daarom nutteloos waren. De idealen die hun leven zin en betekenis gaven toen ze nog nomadische strijders waren, waren volkomen achterhaald. In het reservaat probeerden ze een leven te leiden dat ze niet begrepen. Maar ze vertrouwden op het menselijk vermogen steeds opnieuw invulling te geven aan een goed leven, en ze slaagden. De Sioux-Indianen daarentegen weigerden hun traditionele manier van leven op te geven, en zij kozen het pad van verzet. Jonathan Lear benadrukt dat beide keuzes valabel zijn. Het gaat er niet om een van de twee te verdedigen. Het gaat erom te begrijpen waarom ook de keuze van Plenty Coups bewonderenswaardig is, en waarom ze tot inspiratie kan dienen voor wie de moed verliest bij het aanschouwen of ondergaan van wrede, schijnbaar uitzichtloze oorlogen.


Bron: Jonathan Lear, Radical Hope. Ethics in the face of cultural devastation, Harvard University Press, 2006.

(Deze tekst werd op 29 juli 2014 gepubliceerd op Knack.be)

Reacties

Populaire posts van deze blog

Identiteit intimidatie

  Intimitutifrutikutimuti, k weet niet wat het is (naar Raymond van het Groenewoud) Identiteitspolitiek is een scheldwoord geworden. Iets waar je liever niet aan doet, want dan krijg je een hoop rotzooi over je heen. Niets dat zo polariseert als een mening over identiteit. Nochtans zijn zogenaamde identiteitsstrijden in oorsprong strijden tegen onderdrukking. Het is, vanuit moreel opzicht, merkwaardig dat daar zo veel ophef over is ontstaan .   Witte mannelijke intellectuelen  zoals Sid Lukkassen en Jonathan Haidt hebben zich de term identiteitspolitiek toegeëigend om er hun cultuurkritiek op te bouwen. Maar als we teruggaan naar de geboorte van het begrip, in de missieverklaring van de Combahee River Collective (gepubliceerd in 1977), lezen we dit: This focusing upon our own oppression is embodied in the concept of identity politics. We believe that the most profound and potentially most radical politics come directly out of our own identity, as opposed to working to end somebody else

Incest, walging en instemming: ethiek valt (helaas) niet te herleiden tot één fundament

Wat is er mis met incest tussen twee volwassen die het allebei willen? vraagt Debra Lieberman in  een interview  over haar boek Objection (De Morgen 18 januari 2019). Ze bedoelt het als een retorische vraag.  De aanleiding is het reële geval van een Duitse geadopteerde jongen die later, zonder het te weten, met zijn zus trouwde en vier kinderen kreeg. Hij kreeg gevangenisstraf omwille van het incestverbod. Dat lijkt extreem. Vervolgens neemt Lieberman ons mee naar de suggestie dat er nooit iets mis is met incest, zolang het gaat om volwassenen die instemmen. OF er een wet moet zijn die incest verbiedt, laat ik buiten beschouwing. Maar dat sociale afkeuring van incest kortzichtig of ongegrond zou zijn, wil ik betwijfelen. En dat doe ik niet omdat ik zou walgen van het idee. Walging vormt volgens Lieberman alsmaar vaker een basis voor politieke, rechterlijke en morele beslissingen. Jonathan Haidt, een collega-psycholoog die beroemd werd met zijn studies over walging als morele emoti

Parasite: een verhaal over liefde en smerigheid

Komende vrijdag vieren we weer de liefde. En dat is gepast, de liefde is mooi. Maar ook gemeen. Op talloze geniepige, gruwelijke en misleidende manieren, zoals de gelauwerde film  Parasite  van Bong Joon Ho toont.  De film heeft meerdere lagen, en laat vele interpretaties toe. Volgens één lezing ervan gaat de film over twee families die gelukkig willen zijn. En is daar dan iets mis mee?  Mr. en Mrs. Park wonen in een prachtig modernistisch en gigantisch huis dat ze zich kunnen veroorloven en waar ze zich omringen met bedienden (een huishoudster, een chauffeur, privé-leerkrachten) die fatsoenlijk en - naar de heersende normen - correct behandeld worden. De ouders willen het beste voor hun kinderen. Dat willen ook Ki-taek en Chung-sook voor hun twee kinderen, die alle slechtbetaalde klusjes aannemen die ze kunnen krijgen om centen binnen te halen. En dan krijgt deze berooide familie een kans uit de duizend. Ze zien een manier om zich binnen te murwen in het huishouden en op de pay-r